Overal zie je ridderzuring in grasland
Het probleem met ridderzuring in grasland lijkt alleen maar toe te nemen. Je zou er als melkveehouder soms wanhopig van worden. Door er structureel aan te werken zorg je dat de ridderzuring naar de achtergrond verdwijnt.

Ridderzuring is het grootste probleem
In grasland komen veel verschillende onkruiden voor. Denk aan boterbloem, paardenbloem, herderstasje, distels en veelknopige onkruiden. De meeste van deze onkruiden zijn goed te bestrijden met middelen als Cirran en Jepolinex® Pro vaak aangevuld met een partner. Maar geldt dit ook voor ridderzuring? Veel melkveehouders hebben daar vragen over.

Ridderzuring is een supersterke plant
Ridderzuring is een forse plant. Dit hoeft geen nadeel te zijn bij een bespuiting. Sterker nog, het is vaak een voordeel. Immers bij het gebruik van systemische middelen is het belangrijk dat de plant goed wordt geraakt en meer bladoppervlak is dan gunstig. Helaas heeft ridderzuring een enorm sterk wortelstelsel dat tot meters diep kan gaan. En wortelresten kunnen makkelijk weer opnieuw uitlopen. Dit betekent in de praktijk dat de ridderzuring bestrijding een ‘gevecht’ met lange adem is. Maar waarbij uiteindelijk de aanhouder wint.

Wat te doen
Onkruidbestrijding in grasland kan van het vroege voorjaar tot het late najaar. Dat geldt in feite ook voor de bestrijding van ridderzuring. Zijn er grote problemen met dit onkruid, dan is het zaak om zo snel mogelijk in te grijpen. Dat kan dus ook in de zomermaanden, als de omstandigheden groeizaam zijn. Wacht ruim een week na het maaien tot er voldoende bladoppervlak is. Zeker onder groeizame omstandigheden (voldoende temperatuur en luchtvochtigheid) heeft een behandeling veel effect. Het standaard advies dat Nufarm hanteert is 1,5 l/ha Jepolinex® Pro + 1,5 l/ha Tapir® (of 1,9 l/ha Primstar). Dit kan zowel worden toegepast in eenjarig en in meerjarig grasland.